In elke digitale camera wordt gebruik gemaakt van een geheugenkaart om de foto's weg te schrijven. Op het moment dat je de ontspanknop indrukt en je daadwerkelijk een foto neemt, is je geheugenkaart het belangrijkste deel van je camera geworden. Dit deel is duidelijk verantwoordelijk voor het overbrengen van je foto's naar de camera computer. Een geheugenkaart heeft een schrijfsnelheid en de leessnelheid. Met de schrijfsnelheid wordt aangegeven hoe snel digitale informatie wordt overgebracht op de geheugenkaart. De snelheid wordt vaak weer- gegeven met een bepaald aantal MB's per seconde. De schrijfsnelheid van de camera is belangrijk als je fotografeert met grote bestanden en/of veel foto's achter elkaar maakt.. De leessnelheid is de snelheid waarmee de gegevens van de geheugen- kaart gelezen kunnen worden. Een paar tips: - Zorg er steeds voor dat je een back-up van je foto's hebt; - Formatteer altijd via de camerafunctie en niet op de computer, het formatteren van een geheugenkaart is een soort resetten van de kaart; - Formatteer regelmatig, op die manier is de kans op eventuele defecten op langere termijn een stuk minder; - Wis je foto's niet op je toestel, maar via de computer; - Voordat je de geheugenkaart er uithaalt, eerst de camera uitzetten, anders bestaat de kans dat er nog lees of schrijfprocessen aan de gang zijn; - Gebruik alleen kwalitatief goede geheugenkaarten, neem geen risico's; - Neem altijd een reserve geheugenkaart mee.
